De brief van Paulus aan de Efeziƫrs
Auteur — Paulus
Tijd — 60 - 62 na Chr.
Samenvatting — Deze brief is waarschijnlijk een algemeen rondschrijven geweest aan alle gemeenten waar Paulus een relatie mee had. Dit blijkt o.a. uit het feit dat hij uitsluitend principiële zaken behandelt en niet in gaat op plaatselijke problemen. De brief kent twee delen. Het eerste deel schetst de zegeningen en de geestelijke rijkdom die zij in Christus hebben. Onderdeel daarvan is dat zij niet langer afgescheiden zijn van het verbondsvolk, maar daar nu zelf deel van uitmaken. Het beeld dat hij daarvoor gebruikt is dat van de ‘scheidsmuur’ (NBG’51), die in de tempel scheiding maakte tussen het grote tempelplein – waar ook de heidenen mochten komen – en het centrale heiligdom – waar alleen de ‘echte’ Joden mochten komen. In Christus is deze nu weggebroken (Efeziërs 2:14). Het tweede deel schetst de aspecten van het navolgen van Christus. Zij moeten in hun levenswandel dat wat zij ontvangen hebben ook weer uitstralen en zo Christus tonen aan hun omgeving. Zij zijn niet langer als de heidenen om hen heen, die God niet kennen, maar als kinderen des lichts, die liefde tonen en wier handel en wandel oprecht is tot aan de wederkomst van de Here Jezus.
Indeling van het boek
Onze rijkdom in Christus — hoofdstuk 1 - 3
- Begroeting—hoofdstuk 1: 1 - 2
- De rijkdom van Gods roeping — hoofdstuk 1: 3 - eind
- Joden en niet-Joden samen één gemeente — hoofdstuk 2
- De openbaring van het grote geheimenis: de roeping der heidenen — hoofdstuk 3
Onze wandel in Christus — hoofdstuk 4 - 6
- Verantwoordelijkheden in de gemeente — hoofdstuk 4: 1 - 16
- Verantwoordelijkheden in gedrag — hoofdstuk 4: 17 – 5:21
- Verantwoordelijkheden in het gezinsleven – hoofdstuk 5:22 – 6:9
- De geestelijke wapenrusting—hoofdstuk 6: 10 - 24
Slot — hoofdstuk 6:21 - eind