De profetie van Sefanja
Auteur — Sefanja
Tijd — 635 - 615 v. Chr.
Samenvatting — Sefanja profeteerde tijdens de regering van koning Josia van Judea, na de wegvoering van de bevolking van het noordelijke rijk Israël. Josia voerde een grote godsdienstige hervorming door. Dat gebeurde na de slechte regeringen van de koningen Manasse en Amon, die het volk tot allerlei vormen van afgoderij hadden gebracht. Maar het volk volgde Josia niet in deze terugkeer tot God. Sefanja kondigt daarom een komend oordeel over Jeruzalem aan wegens hun zonden. Hij duidt dat aan als een ‘offermaaltijd’ van God, maar ook als ‘de dag des Heren’. Toch doet hij nog een dringend beroep op het volk om in berouw tot God terug te keren. En hij besluit met een korte vooruitblik op het komende vrederijk van de Messias.
Inleiding — hoofdstuk 1: 1
Een waarschuwing voor dreigend oordeel — hoofdstuk 1: 2 - 18
- Het oordeel aangekondigd — hoofdstuk 1: 2 – 13
- Het oordeel beschreven — hoofdstuk 1: 14 - 18
Een oproep tot onmiddellijke bekering — hoofdstuk 2: 1 - 3: 8
- Een oproep tot bekering — hoofdstuk 2 :1 – 3
- Uitvoerige waarschuwing voor het oordeel — hoofdstuk 2: 4 - 3: 8
Het toekomstige heil — hoofdstuk 3: 9 - 20
- Het toekomstige vrederijk—hoofdstuk 3: 9 – 13
- Uiteindelijk herstel van het volk—hoofdstuk 3: 14 - 20